Medewerkers van de landelijke publieke omroep hebben in een peiling van de FNV oplossingen aangedragen voor het terugdringen van het aantal flexibele contracten in hun sector. Ze zien brood in een algemeen publiek omroeparbeidscontract, waarbij medewerkers in dienst komen van de publieke omroep en vervolgens werken voor verschillende omroepen. Ook vinden ze dat er betere regels moeten komen om sneller een vast contract te krijgen. Dat blijkt uit een peiling van FNV.
Andrée Ruiters, bestuurder FNV Media & Cultuur: ‘De medewerkers sluiten hun ogen niet voor de dynamiek in hun sector. Programma’s stoppen, maar er zitten altijd programma’s in de pijplijn. Er is dus altijd werk. De afhankelijkheid van de programmering betekent nu vaak dat medewerkers keer op keer een tijdelijk contract krijgen, dat moet eruit.’
Omroeparbeidscontract
Met een algemeen publiek omroeparbeidscontract snijdt het mes aan twee kanten. Ruiters: ‘Medewerkers hebben meer zekerheid over werk en inkomen en je behoudt kwaliteit en kennis voor de publieke omroep. Wanneer een programma stopt blijft de omroepmedewerker in dienst en kan hij of zij voor een ander programma aan de slag. Zo kun je ook de veranderingen in programmering flexibel opvangen, maar dan met vaste krachten.’
Duidelijke regels
Duidelijke regels, die ook goed gehandhaafd kunnen worden, moeten zorgen voor meer vaste banen. Ruiters: ‘Denk aan een norm waarbij minimaal 80 procent van de contracten vast is en uitzendkrachten alleen bij piek en ziek ingeschakeld worden. En zzp’ers kunnen alleen nog maar worden ingehuurd voor zeer specialistisch werk en onder voorwaarden van de Fair Practice Code ‘Goed Opdrachtgeverschap’. De Fair Practice Code is opgenomen in de cao en daarin staan onder meer minimumtarieven voor inhuur.
Gebrek aan waardering
Uit eerder onderzoek van de FNV kwam naar voren dat 40 procent van de medewerkers, vanwege alle tijdelijke contracten, overweegt over te stappen naar een andere omroep of sector. Van omroepmedewerkers met een tijdelijk contract is dat zelfs 63 procent. En 87 procent van hen voelt zich, door de tijdelijke contracten, minder gewaardeerd.
35 procent flex
Zo’n 35 procent van de 3.700 omroepmedewerkers heeft een flexibel contract. Daarbij zijn de duizenden zzp’ers en het vele werk dat wordt aan- en uitbesteed nog niet meegerekend. Daarmee staat Nederland in de ‘flextop’ in vergelijking met andere publieke omroepen in Europa. Ruiters: ‘Het SER-advies geeft een duw in de goede richting voor afspraken over meer werkzekerheid. Het voorgestelde algemeen publiek omroeparbeidscontract voor medewerkers van de landelijke publieke omroepen sluit daar prima op aan.’
Geef als eerste een reactie