In de coronacrisis kon het publiek lange tijd vrijwel alleen met inzet van digitale middelen bereikt worden. De culturele en creatieve sector heeft inmiddels veelbelovende stappen gezet op het gebied van digitalisering. De vraag is nu hoe de culturele en creatieve sector de kansen die digitalisering biedt kan aangrijpen. Bijvoorbeeld om meer mensen bij cultuur te betrekken. De komende maanden buigt een commissie van deskundigen uit de culturele sector, de wetenschap en het bedrijfsleven zich hierover.
De commissie is ingesteld door de Raad voor Cultuur en bereidt een advies voor aan staatssecretaris Uslu van Cultuur en Media. Het voorzitterschap van de commissie is in handen van Ilona Haaijer. Zij heeft een brede ervaring in het internationale bedrijfsleven, onder meer bij The Boston Consulting Group en als divisiedirecteur bij DSM en is actief als toezichthouder in de culturele sector.
Naast haar bestaat de commissie uit de volgende leden:
- Wouter van Ransbeek, tot voor kort creatief directeur van Internationaal Theater Amsterdam (ITA);
- Emilie Gordenker, directeur van het Van Gogh Museum en voorheen directeur van het Mauritshuis;
- Henca Maduro, artistiek directeur van Epitome Entertainment en mede-initiatiefnemer van de internationale urban music-conferentie New Skool Rules;
- Alexander Ribbink, Partner bij Keen Venture Partners en voormalig topman van TomTom;
- Edo Righini, directeur van Muziekgebouw Frits Philips Eindhoven, gitarist en tot vorig jaar adjunct-directeur van het Conservatorium van Amsterdam; en
- Liesbet van Zoonen, voormalig lid Raad voor Cultuur, academic director van BOLD Cities en hoogleraar aan de Erasmus Universiteit.
Welke kansen biedt een digitale transitie en hoe kan de sector hier duurzaam van profiteren? Welke verdienmodellen passen daarbij en wat is er nodig om die te ontwikkelen? Hoe kan digitalisering helpen om het culturele aanbod verder te ontwikkelen? Hoe kan digitalisering het aanbod toegankelijker maken en mensen verbinden? Zijn er nieuwe kansen voor cross-overs en ontwikkeling van nieuwe kunstvormen? En hoe zorgen we dat makers en instellingen zelf de regie houden over hun producten en data?
Op basis van onder meer deze vragen gaat de commissie aan de slag. De raad gaat ervan uit dat digitalisering een aanvulling is op fysieke voorstellingen en tentoonstellingen en ziet tevens potentieel in een vergroot publieksbereik, verbinding, artistieke ontwikkeling en inspiratie.
De raad kondigde dit adviestraject al aan in zijn werkprogramma 2022. Naar verwachting is het advies in juni van dit jaar gereed.
Geef als eerste een reactie