Harry de Winter, oprichter van IDTV, begon 40 jaar geleden als een van de eerste vrije tv-producenten van Nederland. In een interview aan NRC geeft hij de toekomst van televisieproducten ziet.
Volgens de tv-maker moeten producenten verder kijken dan alleen het verkopen van formats aan omroepen of zenders. “Je kunt natuurlijk, zoals wij doen, een programma maken en dat vooraf al aan een omroep verkopen. Dat is lekker veilig. Maar eigenlijk moet je platformbreed denken en zelf meer investeren. Zoals De Mol bijvoorbeeld deed met Big Brother en The Voice: als de omroep geen geld heeft en je gelooft erin, dan moet je er zelf geld in steken.”
Rechten zijn net zoals vroeger belangrijk bij tv-formats, maar door de opkomst van format-handel en internationalising van de markt willen tv-zenders niet alleen meer uitzenden, maar ook in de rechten participeren. “Vroeger hielden we alle rechten zelf, nu willen de zenders meedelen in de rechten, om mee te profiteren van verkoop aan het buitenland. De zenders zeggen: ‘Als wij het niet uitzenden, bestaat het programma niet’”, aldus de Winter.
In het verleden had hij onder andere de internationale rechten van Lingo. Hierdoor kwam hij (met IDTV) in contact met veel partijen. Ondanks dat hij wel graag voor Netflix wil werken, ziet hij ook dat zij een deel van de activiteiten van producten naar zich toetrekken. “Netflix betaalt beter, maar bepaalt alles en distribueert jouw productie internationaal. Dan is er voor producenten geen lol meer aan.”
Geef als eerste een reactie