Marianne Zwagerman liet zich gisteren kritisch uit over de kwaliteit van de lokale omroepen. NLPO-directeurbestuurder Marc Visch heeft vandaag via een eigen column op Linkedin op deze kritiek gereageerd.
Visch: “Wat zou ik het ze gunnen als die zelfbenoemde mediadeskundigen en opiniemakers zouden wonen in plaatsen als Eindhoven, Venlo, Groningen of Enschede. Dan zouden ze weten dat een goed functionerende lokale omroep echt het verschil kan maken. Daarbij vraag ik me af of ze überhaupt weten waar Ulft en Maasland liggen. Laat staan dat ze een beeld hebben dat de lokale omroep daar een echte waakhond van de lokale democratie is. Maar dat ook die omroepen door financiële beperkingen dreigen om te vallen.”
In zijn column laat hij ook weten dat de kwaliteit van de lokale omroepen niet altijd hoog is. Volgens hem komt dat vooral door de beperkte budgetten. Het omvormen van de 260 lokale omroepen naar 80 tot 90 streekomroepen is volgens hem daarom van groot belang.
Visch: ‘Er bestaat in Nederland niet zoiets als dé lokale omroep. De verscheidenheid is groot. In eerdergenoemde plaatsen bedrijven professionals samen met vrijwilligers goede journalistiek. Maar er is een ook een grote categorie die met een begroting van 5.000 euro per jaar niet verder komt dan plaatjes draaien en berichtjes uit de krant en van de gemeente voor te lezen. En daar tussen zit nog een groot spectrum. Omdat het een kwestie van ‘ist’ en ‘soll’ is, is de sector zelf met een professionaliseringsplan gekomen. Doel is een lokaal journalistieke basisstructuur te bouwen die het hele land bestrijkt. De 260 lokale omroepen moeten zich omvormen tot 80 tot 90 streekomroepen. Zij moeten journalisten in dienst nemen die, samen met de vrijwilligers, echt vanuit de haarvaten van de samenleving verslaan, onderzoeken en informeren van wat er lokaal speelt.’
Visch benadrukt het belang van een goed functionerende streekomroep voor de (lokale) democratie. ‘Gemeenten, zo zei ooit professor Piet Bakker, zijn miljoenenbedrijven gerund door amateurs. En dan te bedenken dat de gemeenten de laatste jaren steeds meer taken hebben gekregen. Neem bijvoorbeeld de jeugdzorg en de WMO. Een democratie functioneert alleen als er ook ordentelijk gecontroleerd en onderzocht wordt. Probleem is alleen dat de ‘markt’ zich steeds meer terugtrekt van dit terrein. Steeds meer gemeenteraadsvergaderingen worden niet meer gevolgd vanaf de perstribune, laat staan dat buiten de vergaderingen om gecontroleerd wordt hoe het beleid wordt vormgegeven en het geld wordt uitgegeven.’, aldus Visch.
Visch geeft in zijn bericht aan dat, ondanks het belang van de regio, er steeds minder lokale journalistiek wordt bedreven. Een financiële injectie van de overheid is daarom volgens hem noodzakelijk. Visch: ‘De markt trekt zich terug en wat achterblijft is een verdord journalistiek landschap. Neem Almere, de achtste stad van Nederland. Het laatste huis-aan-huisblad verschijnt inmiddels ook alleen nog maar online. Er is geen dagblad of nieuwsblad meer. Omdat de gemeente weigert een normaal bedrag beschikbaar te stellen voor een lokale omroep is de inwoner van Almere voor lokaal nieuws aangewezen op eerdergenoemde internetsite en de regionale Omroep Flevoland. Ondertussen is de gemeentelijke afdeling Communicatie gegroeid en gegroeid. Want er moet natuurlijk wel gecommuniceerd worden. Maar communicatie is geen synoniem voor journalistiek. Er is een duidelijke taak en rol voor de publieke lokale omroep in Nederland. Maar dat vergt veel werk door de sector zelf en een stevige investering van de overheid. De omroepen moeten in de gelegenheid worden gesteld om die journalistieke lokale basisinfrastructuur vorm te geven. En dan zal je zien dat het voor de markt ook weer interessant wordt om te investeren. De noodzaak is er, want de lokale democratie moet gecontroleerd worden. En de behoefte is er ook, want uit alle onderzoeken blijkt dat burgers zeer geïnteresseerd zijn in wat er in de directe leefomgeving gebeurd. Landelijke en regionale media hebben alleen belangstelling voor lokaal nieuws als het overstijgend is of als het een mooi relletje is. Maar daar zit geen continuïteit of consistentie achter. Het Kabinet gaat werken aan voldoende onafhankelijk journalistiek aanbod op lokaal niveau. Zij omarmt de ingeslagen weg van de vorming van de streekomroepen omdat zij ziet dat het bijdraagt aan de professionalisering. Dé lokale omroep bestaat niet, maar het zou mooi zijn als we aan het eind van deze regeerperiode kunnen concluderen dat dé streekomroep wel bestaat. Een omroep die opereert in de natuurlijke habitat van de burger, die professioneel journalistiek verslag doet vanuit de haarvaten van de samenleving. Een omroep die maatschappelijk relevant is. Geen dagdroom maar bittere noodzaak.’
Geef als eerste een reactie