We leven in een tijd van nostalgie. Onzekere tijden roepen altijd om de schoonheid van het verleden. Radio Nostalgia is de enige zender waarmee je door heel Frankrijk kan rijden zonder frequentiewijziging. Ik heb het genoegen in een raadhuis te werken dat is ontworpen door Dudok. Er mag geen spijker in de muur; het verleden kent geen toekomst. Die ‘beroemde gele schuur’ werd gebouwd met hoge houten schotten eromheen, zodat de aversie van de inwoners niet bij de eerste steen al zo groot was dat het gebouw er nooit zou komen. Ook toen was de nostalgie van de toekomst, innovatief en omstreden.
Onlangs spraken wij over de kracht van digitale beelden in de straat. Ik vind dat de openbare ruimte anno 2015 net zo goed ruimte moet bieden aan beeldcultuur als aan een houten bankje met een prullenbak. Ik was het hartgrondig oneens met enkele politieke partijen die vonden dat alleen direct aanwonenden gaan over hedendaagse (zoals dat bestuurlijk heet) invulling van de openbare ruimte. Terecht werd ik bekritiseerd dat ik dat in verband bracht met ‘mooi wonen in Emmeloord’. Terecht moeten mensen aanstoot nemen als woorden de indruk kunnen wekken dat inspraak en participatie alleen in Emmeloord en niet in Hilversum plaats mogen vinden. Dat is aperte onzin. Tegelijkertijd gaat het om iets anders.
Te vaak worden wij in Hilversum geconfronteerd met een fanatieke discussie of we een dorp zijn of een stad. Nostalgisch conservatieve partijen wijzen ons op vroeger, toen geluk nog heel gewoon was. Maar de tijd waarin huishoudster Saartje met haar witte schortrok over de Kerkbrink flaneerde en in het voorbijgaan in haar bil wordt geknepen door Swiebertje komt niet meer terug. Het is anno nu de tijd van flitsende tweets en likes op instagram, waarmee je binnen een minuut op de hoogte bent in noord en zuid van wat hot en happening is in (het centrum van) Hilversum. Een stad waar advertisement puur entertainment is en het bruisende leven van de innovatieve creatieve media permanent zichtbaar. 2015 vraagt om een bromsnor met pepperspray. Kortom we zijn een stad die alles in zich heeft om de mediastad van de toekomst te zijn.
In die afweging tussen dorp of stad dient wat mij betreft in overweging te worden meegenomen dat het grootste percentage van de bevolking in Hilversum in de creatieve industrie werkzaam is. Die creativiteit is de kurk waar onze economie op drijft. Die economie levert wereldwijde prestaties, zonder dat we het zien, laat staan belangrijk vinden Het is niet gek dat de creatieve bewoners en werkenden vragen om een soms benepen zandbakmetaliteit te verruilen voor dynamische ambitie en dito inspraak. Hilversum moet als gemeente terug in de kopgroep van Media en ICT dat vraagt een overstap van de amateurcompetitie naar de de eredivisie (ook als het in het tweede rijtje is).
Als wethouder Media ben ik er als geen ander van doordrongen dat de economische toekomst wordt vormgegeven door innovatie en vernieuwing. Voor werken, beleven en dynamiek in onze stad, is juist de toekomst essentieel. Vanuit dat besef moet je beoordelen of beeldschermen en digitale bebording (filmpje breakfast newyork) onderdeel zijn van de openbare ruimte. Openbare informatieverschaffing door studenten, maatschappelijke organisaties, bedrijven en de overheid, die in samenwerkingsverband de stadsredactie vormen. Zij kunnen en willen inwoners, bezoekers en vakmensen op creatieve, digitale experimentele wijze informeren en verpozen. Een beetje tonen waar we trots op zijn.
Nu de digitale revolutie flink op gang is, kan Hilversum zich profileren en zich in de voorhoede begeven van de mediawereld met al zijn creatieve innovativiteit. We willen niet leven in een samenleving waar die innovativiteit zich ontwikkelt achter de houten schotten van Dudok. Kijken en becommentariëren is juist een stimulerende kracht. Maar dan wel op basis van een blik op de toekomst en niet om terug te keren naar waar we vandaan komen. Ik woon en werk voor de mediastad, het dorp is naar de polder verhuisd.
Mediawethouder Wimar Jaeger schrijft regelmatig een blog voor de Gemeente Hilversum.
Geef als eerste een reactie