Het duurt nog even, maar tegen het einde van 2019 moeten de deuren openzwaaien van een volledig vernieuwd mediamuseum in het gebouw van Beeld en Geluid in Hilversum. Twintig jaar na de oprichting en tien jaar na de opening is Beeld en Geluid toe aan een herpositionering en een volledig nieuwe museuminrichting.
In 1997 fuseerde een aantal organisaties tot het Nederlands Audiovisueel Archief, dat sinds 2002 het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid heet en in 2006 het iconische nieuwe gebouw op het Hilversumse Media Park betrok. Sindsdien heeft de 
instelling een naam opgebouwd als media-archief en publieksattractie.
“Bij de opening in 2006 was de experience het meest innovatieve museum van Nederland. Dat willen we weer zijn.”
Ineke Middag, unitmanager Museum bij Beeld en Geluid: “Bij de opening in 2006 was de experience het meest innovatieve museum van Nederland. Dat willen we weer zijn. De experience is voor het grote publiek een venster op onze collectie, die een audiovisuele schatkamer is van de Nederlandse geschiedenis. Maar ons mediagedrag is de afgelopen jaren veranderd, vooral door de opkomst van internet en mobiel. We kijken en luisteren nu wanneer een waar we maar willen. Vroeger waren er alleen programma’s, nu is er content: van tv-uitzendingen tot YouTube-video’s en ga zo maar door. Internet is een plek geworden waar iedereen content kan plaatsen, prof of amateur en waar iedereen met elkaar in contact kan komen. We richten ons op de mediaconsument van de toekomst, die bereik je niet met een beperkte keus voor alleen programma’s.”
“We richten ons op de mediaconsument van de toekomst”
Middag realiseert zich terdege dat deze verbreding complexe kanten heeft: nieuwe media vormen een omvangrijk en diffuus terrein, vol uitingen van wisselende kwaliteit. “Er zijn niet echt regels en er is dus ook veel onzinnige, of zelfs kwalijke content. Je moet het checken. Maar als we relevant willen blijven, moeten we ons ook in die wereld begeven. Dit is ook niet de enige 
reden dat we onszelf willen vernieuwen, eerder dit jaar zijn we gefuseerd met het Persmuseum. De komst van die collectie verlangt ook dat we onze visie hernieuwen. We hebben een masterplan voor de toekomst opgesteld, waarin we ons richten op de Nederlandse mediacultuur in een internationale context. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de museumkant van de organisatie, maar ook voor de collectie. We verzamelen webvideo’s en websites, die voor het verhaal over de ontwikkeling van media in Nederland relevant zijn, en ook games, 360-graden video of augmented reality. Daarnaast willen we de collectie zoveel mogelijk openstellen voor het publiek. Daarbij moeten we wel rekening houden met de Mediawet en andere regels, zoals het auteursrecht. Hoe ouder het materiaal, hoe eenvoudiger het doorgaans is om dat te regelen.”
Dynamischer en interactiever
De voor het grote publiek meest zichtbare vernieuwing betreft toch het museum van Beeld en Geluid en dat begint straks al meteen bij de voordeur. Middag: “We willen direct zichtbaar maken dat we in ons museumgebouw een hele grote en belangrijke collectie bewaren. Nu lopen bezoekers over de brug boven wat wij ‘de canyon’ noemen, de archiefruimten beneden, zonder het te weten. Dat wordt anders, net als de ‘Wall of Fame’, de portretten van mensen die veel in de Nederlandse mediawereld hebben betekend. Dat willen we uitbreiden, er moeten meer portretten te zien zijn en dat kan deels ook virtueel.”
In het nieuwe museumgedeelte van het gebouw verandert zo ongeveer alles. “De snelheid en veelheid van media-uitingen 
vraagt om een nog meer dynamische en interactieve omgeving dan we al hadden”, legt Middag uit. “We willen een grote, flexibele ruimte inrichten, die we kunnen gebruiken voor festivalachtige activiteiten. Die kunnen een of meer dagen duren. Daarnaast moeten er mogelijkheden komen voor kleinere projecten, die sneller wisselen, met mogelijkheden voor ons en onze partners om dingen uit te proberen of te toetsen. We willen dichter op de actualiteit zitten, daarom komen er ook ‘pods’ die je dagelijks anders kunt gebruiken. Bovendien hoeven niet alle activiteiten alleen in ons gebouw plaats te vinden, dat kan ook buiten of elders zijn. Denk aan de Dutch Media Week waaraan we dit jaar hebben deelgenomen en die verspreid was over verschillende locaties in Hilversum.”
“De snelheid en veelheid van media-uitingen vraagt om een nog meer dynamische en interactieve omgeving dan we al hadden”
“We vertellen ons verhaal aan de hand van vijf thema’s”, zegt Middag. “Dat zijn contact maken, informeren, verhalen vertellen, 
spelen en kopen en verkopen. Bezoekers van het nieuwe museum vragen we of we hun gezicht mogen scannen en of ze informatie over zichzelf met ons willen delen. Dat biedt de mogelijkheid om de beleving veel meer te personaliseren dan we met de ring al deden, tijdens je rondgang door het museum. Aan het slot krijg je jouw mediaprofiel, als je dat wilt meenemen. We willen daarmee bereiken, zonder opgeheven vingertje, dat mensen zich ervan bewust worden dat ze voortdurend een spoor achterlaten door hun mediagedrag, waarop allerlei partijen kunnen reageren door bijvoorbeeld aanbevelingen te doen. We zijn allemaal mediapersoonlijkheden geworden, of we dat nou willen of niet.”
Ze is nog niet helemaal zeker van het tijdschema, maar de plannen zijn klaar. “We moeten het werk nu aanbesteden. Begin 2019 gaat de experience tijdelijk dicht, zodat we de ruimte opnieuw kunnen inrichten. Eind 2019 moet die operatie gereed zijn. Intussen zijn we niet gesloten: de collectie blijft gewoon toegankelijk en ook met het museum blijven we voor iedereen hoorbaar en zichtbaar.”
Geef als eerste een reactie