Blog Taco Rijssemus: ‘Het antwoord op de kijkcijferparadox’

Het is een van de problemen waar de publieke omroep momenteel mee te kampen heeft: de kijkcijferparadox. Het is iets dat zowel programmamakers treft die extreem succesvolle programma’s produceren als makers die zich richten op de kleinere nicheprogrammering. De kijkcijferparadox is een gevaarlijk mechanisme dat zowel de commerciële partijen als sommige politieke partijen gebruiken om de publieke omroep aan te vallen. Hoe werkt het?

​​Laten we beginnen met de televisieprogramma’s die een extreem groot bereik hebben. Denk dan aan Spoorloos, Boer zoekt vrouw, Wie is de Mol en Heel Holland Bakt. Deze successen leiden tot de nodige irritatie bij de commerciële zenders. Zowel RTL als SBS hebben meerdere malen aangegeven dat ze maar niet snappen wat deze programma’s bij de publieke omroep doen. Met zo’n bereik kan er immers goed geld verdiend worden. Waarom publiek geld in zoiets steken als de markt deze taak ook prima kan verzorgen? Een terechte vraag natuurlijk.

Het probleem is dat het antwoord subtiel is. Het begrip ‘publieke waarde’ laat zich namelijk niet in één woord vangen. Het heeft niet alleen te maken met de intentie waarmee een programma gemaakt wordt (het maatschappelijk doel), maar ook met de wijze waarop het programma gemaakt wordt (respectvol, kwalitatief) en tenslotte met de mate waarin het een aanvulling is op het commerciële aanbod. KRO-NCRV maakt Spoorloos omdat we geloven in het belang van familiebanden. Met die intentie maken we het programma. We zijn erg trots op Penoza vanwege de enorme kwaliteit. En we brengen onderzoeksjournalistiek met De Monitor en Reporter, omdat we dit van groot maatschappelijk belang vinden en ook omdat commerciële zenders deze vorm van journalistiek links laten liggen. Het is veelal alleen het laatste criterium dat in het maatschappelijk debat overeind blijft: de publieke omroep zou zich moeten concentreren op die programmering die niet door de commerciële partijen wordt verzorgd. Er wordt dan gesproken van een ‘aanvullende publieke omroep’.

Verrassend genoeg zal ook de aanvullende publieke omroep tegen de kijkcijferparadox aanlopen. Want hoe ziet die aanvullende publieke omroep er dan uit? Veel cultuur en educatie, want daar waagt geen commerciële televisiezender zich aan. Verder veel documentaires en wat achtergronden bij het nieuws. Het NOS journaal kunnen we wel opheffen, want ook de nieuwsvoorziening kunnen we prima aan commerciële partijen overlaten (RTL maakt immers een voortreffelijk nieuwsprogramma). Wat overblijft is een programmamix die relatief weinigen – anders dan een culturele, politieke en hoogopgeleide elite – zal bekoren. Het mechanisme van de kijkcijferparadox zal opnieuw in werking treden. Want als er zo weinig mensen naar de publieke omroep kijken, is het dan wel waard om er zoveel geld in te steken? De consequentie laat zich raden: op de aanvullende publieke omroep zal opnieuw fors bezuinigd worden, totdat die gemarginaliseerd is.

Is er dan geen antwoord op de kijkcijferparadox? Jawel, het antwoord ligt in het beter definiëren en vooral in het beter uitleggen van de publieke waarde van de programmering van de publieke omroep. Uitleggen dat de programmering van de publieke omroep niet tot stand komt om geld mee te verdienen (de enige reden waarom commerciële televisie wordt gemaakt), maar omdat er een maatschappelijke intentie aan ten grondslag ligt en/of omdat het respectvol en kwalitatief wordt gemaakt en/of omdat het de gaten opvult die de commerciële zenders laten vallen. De programmering van de publieke omroep kan daarom soms grote groepen aanspreken en soms kleine niche groepen. De publieke omroep is immers niet van een publiek, maar van het publiek.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*