Het vak zit haar in het bloed, maar toch stapt (nieuws)presentator Cindy de Koning grotendeels uit de wereld van radio en televisie. Na 28 jaar bij Omroep Brabant en 8 jaar bij Bureau regio gaat ze zich nu bezighouden met wetenschapscommunicatie. Ze blijft wel nog actief bij Omroep Gelderland.
‘Het zat er al vroeg in,’ vertelt ze. ‘Toen ik 9 jaar was speelde ik met mijn broer ‘persbureautje’. We maakten opnamen met een cassetterecorder en zonden uit met een ‘bakkie’. Dan werd de buurvrouw boos, want daar stoorden we haar tv mee.’ Dat was thuis in Geldrop, naast Eindhoven. ‘Toen ik 12 was, kwam ik bij de ziekenomroep in Eindhoven. Daar heb ik alles gedaan: van verzoekjes ophalen tot cassettebandjes spoelen en presenteren. Vervolgens heb ik gewerkt voor de lokale omroepen in Eindhoven en in Geldrop en toen was al duidelijk dat ik de journalistiek in ging en heb ik ook mijn studies communicatie en journalistiek gedaan.’
Omroep Brabant
Na een stage bij de VARA, waarna ze kort bleef werken op de redactie van Vroege Vogels, kwam ze in 1995 bij Omroep Brabant. ‘We hadden daar toen nog alleen radio, televisie kwam er pas in 1998 bij. Ik werkte mee aan allerlei programma’s: muziek, nieuws, ik deed verslaggeving en presenteerde. Daarnaast werkte ik ook bij de NOS-radio. Als ‘nachtvlinder’: ’s avonds naar de redactie om het krantenoverzicht te maken voor Met Het Oog op Morgen en ’s nachts het fort bewaken voor het geval er groot nieuws was. Dan reed ik ’s ochtends terug naar Brabant en maakte nog een muziekprogramma. Dat werd op den duur wel zwaar. En bij Omroep Brabant kreeg ik een eigen programma: De Koning te rijk. Een feel-good programma met onder meer muziek, human interest onderwerpen en van alles en nog wat. Heel dicht bij de luisteraar. Dat bleek ook wel uit de reacties van mensen. Het programma leefde echt voor ze, ze namen het heel serieus. Ik ging met groepen luisteraars bijvoorbeeld de vierdaagse lopen of we hielden een competitie voor de langste zonnebloem van Brabant. Hilarisch! Dan hingen we bij mensen uit het raam om hun zonnebloem op te meten, de langste was 7 meter! Maar die bloemen waren natuurlijk vooral een aanleiding om met die mensen te praten.’
Televisie
De Koning ontwikkelde zich tot een zeer veelzijdig programmamaker, niet alleen op de radio. ‘In 2002 ben ik ook voor de televisie gaan werken. Dat begon met eentalentenprogramma en met een magazine, Goedemiddag Brabant. Maar ik heb ook bijvoorbeeld een businessprogramma gemaakt en ik stond als verslaggever langs de route van bloemencorso’s en carnavalsoptochten. Dat brede scala dat je bij een regionale omroep hebt, is heel erg leuk. Maar na een tijd ben ik meer focus gaan aanbrengen op nieuws. Met radio ben ik toen gestopt en ik heb me meer toegelegd op nieuwspresentatie op tv. Daarnaast heb ik mijn eigen bedrijf gestart, waarmee ik mensen en organisaties help om hun verhaal te vertellen. Ik geef ook presentatietrainingen en dergelijke.’
Bureau Regio
In 2015 deed zich een nieuwe wending in haar loopbaan voor. ‘Ton Mallo, hoofdredacteur van Bureau Regio, belde me. Ze gingen een pilot doen met regionaal nieuws in samenwerking met het NOS Journaal. Of ik mee wilde doen.’ Dat was een no-brainer. ‘We hadden een groepje met vanuit de NOS onder andere Jeroen Overbeek erbij. In een week moesten we 5 formats bedenken.’ Dat lukte, maar daarna werd het een tijd stil. ‘Vlak voor kerstmis werd ik gebeld, dat het doorging. We konden per 1 februari starten en vanaf 15 februari gingen we op zender. Bij Omroep Brabant heb ik toen mijn contract gehalveerd, want ik kon niet in de uren van Omroep Brabant voor Bureau Regio werken. In no time hebben we een team gevormd, hebben we enkele spoedcursussen gevolgd en zijn we aan de slag gegaan.’
Vertrouwen
Dat legde de basis voor 8 succesvolle jaren van steeds betere samenwerking tussen de regionale omroepen en de NOS. Maar vanzelf ging het zeker niet, vertelt De Koning. ‘We moesten bruggen bouwen, iedereen zien mee te krijgen. Bij regionale omroepen was er eerst wat argwaan over de grote NOS, en bij de NOS waren er zorgen over de kwaliteit van bijdragen uit de regio. Dat betekende dus wederzijds vertrouwen wekken, een beetje koorddansen. Ik heb me gelukkig altijd enorm gesteund gevoeld door de NOS-leiding: we waren zeer welkom, kregen veel vertrouwen en werden net zo behandeld als alle andere NOS-medewerkers.’
Inmiddels is de samenwerking voor de televisie en online heel gewoon. ‘Er is veel overleg. Wij zitten altijd bij de redactievergaderingen en de planners overleggen ook vaak. We kunnen dus veel uitwisselen en de NOS kan gebruik maken van regionale verslaggevers. Rond verkiezingen werken we ook nauw samen. Voor de NOS is dat belangrijk, want die wil minder Randstedelijk worden en de regionale omroepen staan echt dichter bij de mensen. De medewerkers van Bureau Regio komen ook werkelijk uit de regio, en kunnen de NOS onder meer de taal van de regio leren. De NOS is toch wat meer ambtelijk nog steeds.’ Het belang van Bureau Regio is volgens haar zeer groot. ‘In de samenwerking is Bureau Regio de spin in het web. De regionale omroepen zijn bij elkaar opgeteld de grootste binnenlandredactie van Nederland zeg ik wel eens. Bureau Regio zorgt voor de verbinding tussen de regionale omroepen en de NOS.’
In de toekomst, verwacht ze, zal de samenwerking verder groeien. ‘Zeker in het maakproces. Met behoud van de eigen identiteit, die zullen de regionale omroepen niet kwijtraken. In de Randstad wordt wel eens onderschat dat elke regio een eigen identiteit heeft. De regionale omroepen kennen die juist goed, ze kennen hun publiek. Omroep Brabant bijvoorbeeld is in de provincie een heel sterk merk, op radio en televisie maar ook online. Dat verdwijnt niet.’
Wetenschapscommunicatie
Zelf verlaat ze nu de omroepwereld. ‘Ik had al langer veel contact met de TU Eindhoven. We zijn in gesprek geraakt over de vraag of ik wetenschappers kon helpen om hun verhaal te vertellen. Dat wil ik heel graag doen. Ik wil me blijven ontwikkelen en na zoveel jaren bij de omroep had ik het gevoel dat ik een beetje stilstond. Bij de TU Eindhoven kan ik mijn vaardigheden op een andere manier gaan inzetten en daar wil ik mij met hart en ziel instorten.’ Toch gaat de microfoon niet helemaal dicht voor haar. ‘Ik blijf nog werken voor Omroep Gelderland. En wie weet wat de toekomst brengt, misschien wel weer meer radio. Misschien kan ik ook voor de TU Eindhoven podcasts maken, ik heb er al eens eentje gemaakt: Zwart-wit verleden. Ach, ik zie overal verhalen.’
Een verlies voor de Omroep. Deze dame verstaat haar vak meer dan uitstekend!
’n Prettige stem en dito voorkomen,,,jammer dat zij alléén het Regio nieuws doet, bij Een Vandaag zou zij zonder moeite de huidige juffrouw Roos Magee (??) U weet wel die juffrouw met de “grote priemende “ogen kunnen, nee zelfs móeten vervangen. Blijf ik toch met slechts onduidelijkheidje zitten,,,ik heb vanaf 1976 tot 2006 bij het Oog gewerkt,,soms 6 avonden per week…..maar ik heb Cindy daar nooit gezien om het Kranten Overzicht te maken ,,,,???