Column Guido van Nispen: Herstructureren in Hilversum: IKEA-zonder-handleiding

Tekst: Guido van Nispen

Terwijl ik me door het zoveelste bericht over misstanden en de zoveelste ‘hervorming’ bij de publieke omroep heen worstel, hoor ik steeds die iconische vraag van Sigrid Kaag in mijn achterhoofd: “Wie zijn toch die mensen?” Het zijn de bestuurders, beleidsmakers en lobbyisten die het omroepbestel herontwerpen alsof ze een IKEA-kast zonder handleiding in elkaar proberen te zetten. Minder ongewenst gedrag, minder bestuurslagen, meer samenwerking, ‘omroephuizen’ in plaats van ‘samenwerkingsomroepen’—u kent het recept. Alsof dát de wonderoplossing is voor een stelsel dat stamt uit de tijd dat de buis nog het enige venster op de wereld was.

Kodak als waarschuwing voor Hilversum

Het doet denken aan het ooit zo innovatieve Kodak, dat feilloos de digitale revolutie wist te missen. De technologie hadden ze, maar ze gingen er net zo onwankelbaar vanuit dat film altijd film zou blijven. De publieke omroep lijkt dezelfde fout te maken: er wordt driftig gereorganiseerd en in ‘huizen’ gestopt, zonder de vraag te stellen of het model nog wel past bij de burger van nu—dezelfde burger die hiervoor betaalt, maar allang is overgestapt op streaming, on demand en gepersonaliseerde content.

Een digitaal productiehuis… en analoge broertjes?

Natuurlijk, straks is er ook een ‘digitaal productiehuis’. Betekent dat dan dat de andere ‘omroephuizen’ analoog werken? Drukken ze vinylplaten van Tegenlicht-uitzendingen? Het lijkt alsof Hilversum is blijven steken in het taalgebruik van het internettijdperk van begin deze eeuw.

De kijker is al weg

Ondertussen is de kijker allang vertrokken. De jongere generaties zitten liever op het internet, YouTube, TikTok, X of Netflix. Denken dat ze zich netjes laten sturen door een lineaire programmering is zoiets als proberen een fotorolletje in je smartphone te stoppen.

Waar blijft de steun voor de makers?

Uit eigen ervaring weet ik hoe weerbarstig het is om een sector in beweging te krijgen. Makers ploeteren in een razendsnel veranderend landschap, terwijl de beleidsnota’s uit Den Haag of Hilversum steevast achter de feiten aanlopen. De berichten afgelopen week uit onder meer NRC over de VPRO en het AD over de NPO illustreren dat die nota’s weinig doen voor makers.

In plaats van nóg een bestuurlijke herstructurering, zou de overheid zich moeten afvragen hoe de publieke omroep relevant blijft. Zonder échte ondersteuning van vernieuwende makers—met geld, technologie en ruimte voor creativiteit—loopt Hilversum vast. Een on-demand-ecosysteem sluit immers naadloos aan op wat de kijker wil: kijken waar en wanneer het uitkomt.

Champagnekurken en de echte toekomst

Dus als binnenkort de champagnekurken knallen bij de feestelijke opening van het eerste omroephuis, blijft die ene vraag hangen: wie zijn toch die mensen die denken dat dit de toekomst is?

Intussen staan de echte vernieuwing en creativiteit—de makers—waarschijnlijk niet op de champagnevloer, maar ergens buiten die muren. Daar, waar werkelijk met nieuwe vormen van media wordt geëxperimenteerd, weg van de vergadertafels en managementlagen. Precies waar de toekomst ontstaat.

Kodak leerde destijds dat te lang vertrouwen op een verouderd concept desastreus kan zijn. Ook voor de publieke omroep is de valkuil duidelijk: als er niet écht geïnnoveerd wordt—en dan bedoel ik innovatie bij de makers en technologie, niet in de directiekamers—verdwijnen ze langzaam van het mediapodium. Toch maar hopen dat Den Haag en Hilversum wakker worden en niet dezelfde les te laat leren.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*