Ditmaal aandacht voor de huisvesting van de Hilversumsche Draadlooze Omroep (HDO), die vanaf 1923 radiouitzendingen verzorgde vanuit de studio in de Nederlandse Seintoestellen Fabriek aan de Jan van der Heijdenstraat. Later maakte deze voorloper van de AVRO gebruik van villa’s aan de Witte Hullweg 1-3 en de Oude Enghweg 4.
Dankzij onderzoeker Arno Weltens weten we dat Willem Marinus Dudok in de jaren twintig van de vorige eeuw een bijdrage heeft geleverd aan de allereerste studio’s in Hilversum. In artikelen in Aether en Eigen Perk schreef hij over de link tussen de beroemde architect, de Nederlandse Seintoestellen Fabriek (NSF) en de omroep.
In 1923 begon de Hilversumse fabriek met experimentele radio-uitzendingen. In die tijd waren er in de Nederlandse ether al drie zenders – vanuit Den Haag, IJmuiden en Amsterdam – present. De NSF had er alle belang bij om daar een vierde zender aan toe te voegen. De fabriek wilden immers graag meer kant-en-klare ’ontvangsttoestellen’ aan particulieren verkopen. En dat ging beter als er meer radioprogramma’s te beluisteren vielen.
Veldstation
Vandaar dat de NSF op het terrein aan de Jan van der Heijdenstraat een zender in elkaar knutselde, met behulp van twee oude masten van een Brits veldstation. Achter op het fabrieksterrein kwam ook een geïmproviseerde studio. Die ’klankzaal’ of ’muziekkamer’ was, schrijft Weltens, ondergebracht in een houten keet. ’De microfoon, gemaakt van een Sterling hoofdtelefoon, is in een kistje gemonteerd en vervolgens met wit papier dichtgeplakt. Het geheel is zorgvuldig opgehangen in een houten standaard.’ In deze allereerste studio, die vijf bij vijf meter groot was, stonden verder een geleende harmonium, een Edison-grammofoon en een mechanische piano. Aan de wanden hingen gordijnen (voor de geluidsisolatie) en wat prenten. Omdat de geluidsdichtheid veel te wensen overliet richtte de NSF vier maanden later de tekenkamer van het hoofdgebouw als studio in.
De fabriek exploiteerde de zender en verkocht de radiotoestellen, maar besteedde – vanwege de kosten – de programmering uit aan het in maart 1924 opgerichte comité Hilversumsche Draadloze Omroep. De chef verkoop van de NSF, Willem Vogt, maakte als omroeper en secretaris deel uit van dit comité. Op 1 mei 1925 verliet hij de NSF om zich volledig te kunnen wijden aan de Draadlooze.
Krakende stoel
De HDO mocht gratis gebruik maken van de studio op het fabrieksterrein en van technisch en ander personeel. De omstandigheden in de ’muziekkamer’ waren echter niet ideaal, schrijft Willem Vogt in Spanne en Spanningen (1958). Comitélid (en arts) B. Suermondt liet zich dan ook tijdens een uitzending ontvallen: ’Dat kraken wat u hoort, ligt niet aan uw toestel, maar aan de stoel waarop ik zit’. Deze opmerking leidde tot een spontane inzameling onder de luisteraars, die zo’n zevenhonderd gulden opleverde. De NSF legde daar 1015 gulden bij. Met dat geld werd Dudok, indertijd nog directeur Publieke Werken in Hilversum, in de gelegenheid gesteld om de studio doelmatiger en kunstzinniger in te richten.
Omdat de pas opgerichte NCRV (1924), KRO (1925) en VARA (1925) ook gebruik mochten maken van de NSF-studio besloot de HDO te verkassen naar de Witte Hullweg 1-3 (hoek Hoge Naarderweg). Met behulp van NSF-spullen werden in deze van de gemeente gehuurde villa twee studio’s ingericht.
De officiële opening van de nieuwe ’uitzendzaal’ van de HDO vond plaats op maandag 7 maart 1927 in aanwezigheid van onder anderen de minister van Waterstaat, de directeur-generaal van Posterijen en Telegrafie, de voorzitter van de bond van radiohandelaren en de Hilversumse burgemeester P.J. Reymer. Vanuit hotel Hof van Holland werd verder een ’openingsconcert’ uitgezonden richting luisteraars. De schouwburgzaal was met een speciale lijn met de studio verbonden.
De volgende dag verscheen in De Gooi- en Eemlander een artikel over de nieuwe studio, die volgens de krant ’in elk opzicht een groote verbetering’ was. ’De klankzaal is een betrekkelijk klein vertrek, waarin we vleugel, orgel, gramofoon en last not least de microfoon aantreffen. Naast de studio bevindt zich de muziekbibliotheek, een klein vertrekje, waarin voor ruim 2500 gulden aan muziek is bijeengebracht. Achter de klankzaal is de ontvangkamer voor de solisten, waar een 4-lampstoestel met Philips-luidspreker, ten geschenke gegeven door de N.S.F., de aandacht op zich vestigt.’
Op de eerste verdieping bevonden zich ’een afzonderlijke studio voor de sprekers, een repeteer- en recreatiezaaltje en het kantoor der administratie, waarin de wanden door middel van grafische voorstellingen den groei van den H.D.O., tijdens de korte periode van zijn bestaan, verkondigen’. In de aangrenzende villa, waar Willem Vogt met zijn gezin onderdak kreeg, was nog een controlekamer ondergebracht.
AVRO
In maart 1927 was er nog een andere verandering te noteren. De HDO kreeg een andere naam, de Stichting Algemene Nederlandse Radio Omroep (ANRO). Die fuseerde vervolgens, op 28 december 1928, met de Nederlandse Omroep Vereniging uit Den Haag tot de Algemeene Vereeniging ’Radio Omroep’ (AVRO). Met als drijvende kracht directeur Willem Vogt.
In datzelfde jaar – op 16 april – was de omroep naar Villa Sole-Mio aan de Oude Enghweg 4. verhuisd. Weltens vermoedt dat Dudok ook verantwoordelijk was voor (een deel van) de inrichting van de nieuwe kamermuziekstudio – ook wel de ’radio-bonbonnière’ genoemd – in deze villa, die was gebouwd naar een ontwerp van architect Cornelis de Groot. Een journalist vond de studio, vanwege de ’plechtige draperieën langs de wanden’ veel lijken op ’doodskamers’.
Raadhuis
Indirect was de verhuizing naar de Oude Enghweg te wijten aan Dudok. Die ontwierp het nieuwe raadhuis van Hilversum. Dit verrees vlakbij Witte Hullweg 1-3, dat tegen de vlakte moest om plaats te maken voor de vijver en de tuin van het raadhuis.
In 1936 kreeg ook de AVRO een speciaal voor dat doel gebouwd eigen studiocomplex, aan de ’s-Gravelandseweg. Daar bleef de omroep tot de verhuizing naar het AKN-gebouw aan diezelfde weg, in 2000. Sinds de fusie, in 2014, zitten TROS en AVRO in het voormalige complex van de Wereldomroep aan de Witte Kruislaan.
De eerste radiotechnicus van de NSF-radio was de pionier van de Nederlandse Omroeptechniek Roelof Visser. Dubios en Visser legden het fundamant wat uitgroeide tot Hilversum Mediastad. Visser is de uitvinder van de lijnversterker, waar door het mogelijk werd van af locatie uit te zenden. Het legde de basis van het ontstaan van de omroepverenigingen. Onder zijn technische leiding werden mede de omroepstudio gebouwd.