Pixelize wil klanten omver blazen

Klan­ten ‘om­ver bla­zen’ mag hij graag doen. Joep Brink­man: “Ik pro­beer al­tijd echt iets moois te ma­ken. Daar­voor haal ik al­les uit de kast. Als de ver­wach­ting van een klant ge­mid­deld is, en ik kan hem dan ver­ras­sen, echt om­ver bla­zen met een mooi re­sul­taat.’’ Dat vindt hij het al­ler­leuk­ste.

We spre­ken een ge­dre­ven vak­man, dat is wel dui­de­lijk. En dat ter­wijl de jon­ge Joep op school be­paald geen mo­del-leer­ling was. De mid­del­ba­re school maak­te hij niet af, op het mbo kwam hij in aan­va­ring met le­ra­ren die stof op­dis­ten die hem niet be­viel.

“Maar toen mocht ik een keer­tje mee­kij­ken bij een me­dia­be­drijf hier in Hil­ver­sum. Het leek als­of ik een klap in mijn ge­zicht kreeg. ’Dít is het, dít wil ik doen’, dacht ik. Er is toen een nepsta­ge voor me be­dacht. Ik moest me daar be­wij­zen. Ik sliep er ook, op de bank bij de lunch­ta­fel.’’

We zijn in­mid­dels ruim vijf­tien jaar ver­der, maar Brink­man heeft de ‘dri­ve’ con­ti­nu te blij­ven bij­le­ren. ,,Ik be­kijk nog elke dag les­ma­te­ri­aal. Mijn vrouw wordt er wel eens gek van. Maar de tech­ni­sche ont­wik­ke­lin­gen gaan zo ver­schrik­ke­lijk hard en ik wil niet voor­bij­ge­rend wor­den. Ik doe veel 3D-ani­ma­tie en al­leen al daar­in heb je zes of ze­ven soft­wa­re-s­ma­ken. Naast trends in vorm­ge­ving bij­hou­den, wil ik ook breed ge­o­riën­teerd blij­ven.’’

Zwar­te doos
We pra­ten in zijn werk­ruim­te op het Hil­ver­sum­se Wis­se­loord­com­plex. Het lijkt wel de bin­nen­kant van een zwar­te doos, zwar­te vloer­be­dek­king, de zwar­te rol­gor­dij­nen ge­re­geld dicht en mu­ren met ’18 pro­cent grij­ze ver­f’. ,,Soms doe ik ook nog het licht uit­”, ver­telt Brink­man la­chend. Al­le­maal no­dig voor op­ti­ma­le kleur­cor­rec­tie van vi­deo-op­na­men, wat on­ge­veer de helft van zijn werk­tijd be­slaat. “In­val­lend licht is al­leen maar las­tig.’’

Toch is Brink­man geen mol die een so­li­tair on­der­gronds be­staan leidt. Ster­ker nog, het be­valt hem hier aan de Cat­ha­ri­na van Re­nes­sel­aan een stuk be­ter dan vroe­ger op het Me­dia­park. “Het is hier goed­ko­per, maar voor­al: het is hier net een va­kan­tie­park. Ik heb het hier zeer naar mijn zin.’’ En hij luncht ge­re­geld met col­le­ga’s van naast­ge­le­gen be­drijf­jes. Ja, hij over­weegt zelfs met een an­de­re een­pit­ter de han­den in­een te slaan en sta­gi­airs aan te trek­ken. “Een sta­gi­air kan dan bij­voor­beeld de hap­kla­re brok­ken voor zijn re­ke­ning ne­men, ter­wijl ik me dan iets meer op de kant van de ideeën kan rich­ten.’’

‘Heel in­te­res­sant’ op zijn ter­rein vindt Brink­man ‘com­po­si­ting’. Even uit­leg­gen voor de leek graag. Brink­man: “Com­po­si­ting is het re­a­lis­tisch sa­men­voe­gen van ele­men­ten, zo­dat het lijkt of elk van de die ele­men­ten in het plaat­je thuis­hoort.’’ Soms brengt het vrij­staand ma­ken van al die beeld­ele­men­ten zo­veel werk met zich mee dat Brink­man het uit­be­steedt in In­dia. “Als ik dat zelf moet doen, wordt het te duur. En in In­dia le­ve­ren ze op dat ge­bied kwa­li­teit.’’

Iets an­ders dat zijn be­lang­stel­ling heeft, is vir­tu­al re­a­li­ty (VR) en aug­men­ted re­a­li­ty (AR). “Sen­so­ren daar­voor heb ik hier al la­ten aan­bren­gen. Met die tech­nie­ken werk is steeds meer, kij­ken hoe ik dat voor klan­ten in­te­res­sant kan ma­ken. Ik ver­moed wel dat de kans van sla­gen het grootst is voor aug­men­ted re­a­li­ty, dat er din­gen hier op ta­fel lij­ken te staan als je in je te­le­foon kijkt.’’ Tot die klan­ten be­ho­ren pu­blie­ke om­roe­pen (NTR, AvroTros, VPRO, Vara) en hij werkt mee aan com­mer­ci­als voor gro­te be­drij­ven als Hei­ne­ken, ter­wijl hij re­cent bij­droeg aan een cam­pag­ne­vi­deo van de VVD.

Druk van dead­lines
In het au­dio­vi­su­e­le pro­duc­tie­pro­ces zit Brink­man met vorm­ge­ving en kleur­cor­rec­tie ’aan het eind van de ke­ten’. “Soms is dat pret­tig want alle be­slis­sin­gen zijn al eer­der ge­no­men. Maar aan het eind van de ke­ten sta je ook het zwaarst on­der druk van de dead­lines. Als er in het pro­duc­tie­sche­ma wat lucht zat, is die mee­st­al al ver­bruikt als iets bij mij be­landt. Zo kreeg ik vrij­dag een op­dracht bin­nen met de me­de­de­ling: dit moet maan­dag af zijn. Het af­ge­lo­pen week­end ben ik dus niet thuis ge­weest.’’ Het lijkt wel of we hier een ver­re echo ho­ren van de sta­gi­air die op de bank bij de lunch­ta­fel sliep – ge­gre­pen door het vak, daar­aan is na al die ja­ren niets ver­an­derd.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*