’Televisie is nog steeds belangrijk’

Elfde editie Open Studio Dagen Media Park Hilversum.

De elfde Open Studio Dagen alweer dit weekeinde op het Hilversume Media Park. Bezoekers kunnen weer een kijkje achter de schermen nemen bij radio en televisie. Kinderen kunnen als vanouds cupcakes bakken met televisiebekendheid Jill of ze laten zich schminken . In gebouw Unbranded is een lange route langs televisiedecors en rekwisieten. Potten, pannen, schilderijen, planten en geknutselde rotsen. „Net Ikea”, roept een bezoeker terwijl hij een afwerend handgebaar maakt.

Halverwege de route toont een filmpje de geheimen uit televisieland. “De vloeren die je op televisie ziet, zijn verflagen, dus het zijn geen echte tegels en geen echte parketvloeren. Waarom? Omdat de camera’s gemakkelijk moeten kunnen rijden voor de opnames”, zegt Ron Boszhard in de opname. Hilversummer Rik Glijn (39): “Het verbaast me hoe groot de opslagruimte hier is. Wat een spullen. En ik wist niet dat de studio’s zo klein zijn. Dat lijkt altijd groter op televisie.”

Zijn dochter Nova (7) wil heel graag naar de Televisietoren. “Die is hoog en ik houd van hoog. Dan kan ik ver kijken.” Denise (14) en Kiki (14) uit Bilthoven verbazen zich ook over de kleine studio’s. Als van hen iets niet van de buis mag, is het Opsporing Verzocht. Kiki: “Vind ik spannend altijd.” De twee volgen het nieuws. “We kijken het achtuurjournaal en op sociale media zie je ook wel wat.” Denise leest soms kranten. Kiki: “Wij hebben de krant niet.”

Hoeveel jaren de televisie nog zal bestaan, weten ze niet. Kiki: “Iedereen kijkt YouTube. Internet is de toekomst, maar televisie is nog steeds belangrijk. Ik denk dat de meeste mensen nog kijken.” Presentator Hans van den Boom van radioprogramma Het Zondagochtend Concert houdt een praatje over klassieke muziek in de tv-wereld. Van den Boom presenteert ook het Prinsengrachtconcert. “Als je wil dat een zender klassieke muziek uitzendt, moet het toegankelijk zijn. Prinsengrachtconcert is dat door korte muziekstukken en met 750.000 kijkers kunnen ze niet klagen.”