Ditmaal aandacht voor de Vereeniging Arbeiders Radio Amateurs. De op 1 november 1925 opgerichte omroep vond aanvankelijk onderdak in Cinéma Royal in Amsterdam. In 1929 verhuisde de Vara naar Hilversum. Niet naar Villa Hilverheide aan de Soestdijkerstraatweg, maar naar een villa aan de Heuvellaan. Daar verrees later in de tuin een eigen studiogebouw.
In de begintijd maakte de in 1925 opgerichte Vara, zoals andere omroepen, voor uitzendingen gebruik van de NSF-studio aan de Jan van der Heijdenstraat in Hilversum.
Nadat een tijd vanuit een zaaltje in Hotel Du Commerce aan de Stationsstraat in Hilversum was uitgezonden nam de omroep zijn intrek in Cinema Royal aan de Nieuwendijk in Amsterdam. Van daaruit werden onder meer de populaire orgel- en orkestconcerten ’gebroadcast’. Omdat het aantal leden en daarmee ook het aantal medewerkers flink groeide, ging de Vara op zoek naar een ruimer, eigen studiogebouw. In het artikel van Rob Marx in de bundel ’Hilversum en de Omroep’ over de omroepgebouwen van de Vara, Avro, KRO en NCRV is te lezen waarom tijdens deze zoektocht een fraai aanbod van de SDAP werd afgewezen. De arbeiderspartij, die vertegenwoordigd was in het omroepbestuur, bood de Vara huisvesting aan in het eigen gebouw in Amsterdam. ’De hoge kosten van de lijnverbinding maakten huisvesting in Amsterdam echter bezwaarlijk’, schrijft Marx. Het dagelijks bestuur dacht daarom, naar eigen zeggen, ’vanzelfsprekend aan vestiging van kantoren en studio in Hilversum’.
Soestdijkerstraatweg
Daarmee was haast geboden. Het hoofdbestuur van de Vara kwam daarom op 15 oktober 1928 in spoedzitting bijeen in Hof van Holland. Voorafgaand aan de vergadering namen de bestuursleden een kijkje bij Villa Hilverheide aan de Soestdijkerstraatweg, bij de entree van het gemeentelijk sportpark. Het dagelijks bestuur vond de villa buitengewoon geschikt als nieuw onderkomen voor de omroep. Ook de NSF – ’De inrichting leent zich voor inrichting van studio’s – was positief. Er was voldoende ruimte voor de eventuele bouw van een eigen zender.
Tijdens de vergadering in Hof van Holland werd de knoop nog niet doorgehakt. Onder meer omdat voorzitter A. Dubois van het Comité van Omroepverenigingen een sterk pleidooi hield om in Amsterdam te blijven. Villa Hilverheide zou volgens hem later, bij verkoop, weleens een strop voor de Vara kunnen worden. Besloten werd nog eens in de hoofdstad rond te gaan kijken.
Een week later kwam het hoofdbestuur nogmaals bijeen. Een makelaar had inmiddels omroepsecretaris Gerrit Jan Zwertbroek gewezen op enkele andere aantrekkelijke percelen in Hilversum. Het hoofdbestuur twijfelde nog. Zwertbroek en Jan Willem Lebon, medeoprichter en secretaris-penningmeester van de Vara, kregen de opdracht om een door de makelaar aanbevolen gebouw aan de Heuvellaan 33 te gaan bekijken.
Op 12 november werd dan toch de knoop doorgehakt. De Vara – die inmiddels ruim 40.000 leden telde – besloot de ruime villa aan de Heuvellaan te huren. Begin januari 1929 werd begonnen met de verbouwing. Voorafgaand aan de officiele opening op 2 en 3 maart nam een verslaggever van De Gooi- en Eemlander al een kijkje. De verbouwing was nog niet helemaal klaar. Zo waren diverse vertrekken, onder meer voor de artiesten, nog niet gereed. De grote studiozaal was dat wel (bijna).
’De wanden zijn er met een dikke grijsgroene stof bekleed en de vloer is met een zelfde doch grijze stof bedekt”, aldus de krant. ’Deze bekleedingen, die een prachtig harmonisch geheel opleveren dienen om de geluiden te dempen en geen hinderlijke bijgeluiden bij de studio-uitzending te krijgen. Een donkergele lijst, waarachter zich electrische lampen bevinden is boven de wandbekleeding aangebracht.’
’Bijzonder aantrekkelijk’ vond de verslaggever het hoekje bij de haard. ’Deze haard, van blank ijzer, (een geschenk van de arbeiderspers) staat in een eenvoudigen eternieten schoorsteenmantel, waarop eenige artistieke vazen prijken. Boven den schoorsteenmantel hangt het cadeau, dat de Hilversumsche arbeidersbeweging morgen officiëel aan het V.A.R.A.-bestuur zal overhandigen, n.l. een verdienstelijk door Jelle Troelstra geteekend portret van zijn vader, Mr. P. J. Troelstra.’ Het geheel werd afgemaakt met een Perzisch kleedje, twee clubfauteuils en een tafeltje. In de grote studiozaal stond ook nog een fraaie vleugel, een geschenk van de SDAP.
In een speciale uitbouw aan een kant van de grote zaal kwam nog het concertorgel te staan, dat was geschonken door het Nederlands Vakverbond. De aan de grote zaal grenzende erker was, zo meldde de krant, al van groot nut gebleken voor de studio-uitzendingen. ’Het is in dezen erker n.l. door het aanbrengen of het verwijderen van kleeden mogelijk meer of minder “echo” te verkrijgen. Mocht er nog niet genoeg accoustiek zijn, dan is er nog een speciale echokamer, die gebruikt kan worden.’ Op de begane grond bevonden zich verder een controlekamer, een artiesteningang en een garderobe. Op de bovenverdiepingen waren de kantoorvertrekken. Allemaal voorzien van stopcontacten voor microfoons, zodat er ’zonder bezwaar omgeroepen kan worden’.
Bovenin de villa was een kleine ruimte voor sprekers. ’Er staat een kleine lessenaar in dit met kleeden gedrapeerd vertrekje; er is daar een drukcontact voor het in- en uitschakelen van de microfoon en er zijn twee signaal-lampjes en een microfoon. Hier moet de redenaar zijn groot onzichtbaar auditorium toespreken! In dit kleine, geheel afgesloten vertrek! Vóór den redenaar zal echter een groote foto van een volle zaal worden opgehangen!’ De Vara werkte al direct aan een plan voor de bouw van een grote orkeststudio in de tuin van de villa. Op 1 november 1930 vierde de omroep haar eerste lustrum met 100.000 leden. Voorzitter L.J. Looi legde in de tuin de eerste steen voor de nieuwe gebouw. Die studio werd op 30 april 1932 officieel geopend.
Mediapark
Het in de loop der jaren uitgebreide en gemoderniseerd complex aan de Heuvellaan herbergt sinds 1 maart 1995 (ook) het Muziekcentrum van de Omroep. De Vara verhuisde naar een nieuw onderkomen op het Mediapark.
Was deze villa 16 jaar lang gekraakt? Tot hij gesloopt werd dan.